Al eerder was op deze site
hier beschreven dat chilipepers hun pittigheid hadden verkregen als een vorm van biologische oorlogvoering tegen allerhande vraatzuchtige planteneters en ziekteverwekkers als bacteriën en virussen. Alleen vogels hebben geen last van de capsaïcine en wanneer de bessen - want botanisch gezien zijn chilipepers bessen - rijp genoeg zijn, zullen het de vogels zijn die de bessen oppeuzelen en vervolgens de zaden zullen verspreiden.
|
[Foto: Thomas Mitchell-Olds] |
De natuur is vindingrijk, maar soms wordt door een plant een gelijksoortige oplossing verzonnen voor hetzelfde probleem. Amerikaanse onderzoekers
[1] bestudeerden twee populaties van de
Boechera stricta, een lid van de mosterdfamilie, die groeiden in de Rocky Mountains. Beide populaties smaakten pittig, maar op een iets afwijkende manier. En daaruit kan geconcludeerd worden dat mosterdplanten van dezelfde soort soms verschillende pittige stoffen aanmaken om hun doel te bereiken. Toen de onderzoekers mosterdplanten van locatie verwisselden, bleken de verplaatste gevoeliger voor vraat en ziekte te zijn dan de locale varianten.
Het blijkt dus dat mosterdplanten in staat zijn om zich aan te passen aan plaatselijke omstandigheden. De onderzoekers konden vaststellen dat een enkel gen de activiteit van een bepaald enzym beïnvloeden kan en dat enzym kan verschillende variaties van de werkzame stof aanmaken.
Dit botanische kunststukje bewijst maar weer eens dat de natuur veel intelligenter is dan menigeen soms denkt. Bovendien is het tevens een mogelijkheid om middels selectief kweken bepaalde smaakvariaties in mosterdzaadjes en daarmee onze mosterd in te bouwen.
[1] Prasad et al: A gain-of-function polymorphism controlling complex traits and fitness in nature in Science - 1012
Geen opmerkingen:
Een reactie posten